Afscheid Jeroen Bakker bij Ruinerwold nabij
Aan alles komt een einde. Zo ook aan de carrière van Jeroen Bakker. Na 27 jaar voetballen is het genoeg geweest. Rekenen we 27 jaar terug, dan brengt de tijd ons in 1987. Dit was het jaar dat het fietsen met reflectoren aan de zijkant van de banden, de zogenaamde fietsbandreflector, verplicht werd gesteld en het jaar dat er een bomincident plaatsvond tijdens de EK-Kwalificatiewedstrijd tussen Nederland en Cyprus. Of Jeroen daadwerkelijk direct reflectoren op de fiets liet zetten en of hij voor de televisie zat om de toekomstig Europees Kampioen te aanschouwen is onduidelijk.
Wel duidelijk is dat Jeroen dat jaar voor het eerst zijn kunsten volgens de KNVB reglementen op een grasveld mocht vertonen. Het was het jaar dat hij begon te voetballen bij Ruinerwold, wat menig scout in de omgeving niet ontging. De carrière kwam al gauw in vogelvlucht terecht. Na de zoveelste onzuivere pass van Louis Fiks was Jeroen er klaar mee en ving hij het seizoen 1993/1994 aan in het tenue van Alcides. Dit begon na een aantal jaren echter tegen te vallen. Het tenue van Alcides stond toch niet zo mooi, want Jeroen voelde zich van nature meer thuis in een rood-wit tenue. De overstap naar BVO Emmen in het seizoen 1997/1998 was dan ook een logische stap. Hier speelde Jeroen zich in de kijker van FC Zwolle, waar hij vervolgens twee jaar verbleef in de A1. Als tiener kwam hij bij deze noordelijke BVO’s onder andere Arjen Robben in het veld tegen. Klein, snel van stuk, maar nog niet eens zo’n goede voetballer. Bij Arjen was het toen al allemaal ‘ikke, ikke, ikke’, wat later werd vervangen door ‘ikke , ikke en Iker’. Voetballen tegen dit soort natuurtalenten was ongetwijfeld één van de vele herinneringen die hem uit deze periode bij zullen blijven.
De gemiddelde Ruinerwolder zal vooral Jeroens tijd bij Ruinerwold goed voor de geest kunnen halen. Op jonge leeftijd keerde Jeroen in het seizoen 2000/2001 terug van FC Zwolle naar Ruinerwold. Het team dat zich destijds vormde, was iets aan het opbouwen. Onder leiding van Leo Blom werd attractief gespeeld en volgde in het seizoen 2003/2004 op spectaculaire wijze promotie naar de Tweede Klasse. Jeroen had hier zelf een direct aandeel in door de bevrijdende 3-1 te maken in de finale tegen Stadskanaal. Het seizoen 2004/2005 werd een zwaar seizoen voor Ruinerwold, waarin handhaving evenals een vriendschap tussen Jesper de Wit en Marcel Linthorst niet mogelijk bleek. Jeroen wist desondanks 6 competitietreffers te produceren, waarna hij zijn weg vervolgde bij Hoogeveen. In de Eerste Klasse had Jeroen, ondanks ongelukkig blessureleed, ook zijn bijdrage bij Hoogeveen. Hij speelde daarnaast met toppers uit het amateurvoetbal, zoals Guido Ten Cate. Tevens kwam hij daar kameraad Mark Brinkman tegen, die parallel aan zijn opleiding in de Keet, ook een deel van zijn opleiding bij Hoogeveen genoot.
Na twee jaar Hoogeveen kreeg Jeroen heimwee en besloot terug te keren naar zijn oude liefde. Ruinerwold was inmiddels onder leiding van Jan Derk Brandsma op mysterieuze wijze de nacompetitie ingegaan, in plaats van Steenwijkerwold, en gedegradeerd naar de Vierde Klasse. Met versterking van Jeroen, als aanvoerder, was de ambitie dan ook zo snel mogelijk weer richting de Derde te gaan. Jeroen had zich inmiddels gevormd als een krachtige, snelle (Ja snel, ondanks dat er wel eens anders is beweerd) en technisch begaafde voetballer. Vooral Jeroens kracht viel op in vergelijking met zijn medespelers. Als een speler vrolijk liep te dribbelen op de training, werd de bal altijd snel doorgespeeld op het moment dat Jeroen in de achtervolging kwam. Zelfde verhaal met een klutsduel willen winnen of Jeroen van de bal willen zetten; helaas. Zijn combinatie van snelheid en kracht waren een gevaarlijk wapen, waardoor hij regelmatig een back of centrale verdediger letterlijk van zich afschudde. Ook was Jeroen kopsterk, wat overigens nooit echt genoemd werd. Jesper de Wit gaf eens aan dat Jeroen op zondag elk kopduel won en dat grensde zeker aan de waarheid. Ruinerwold was dan ook blij dat Jeroen wederom terug kwam om er iets moois te beginnen. Naast de aanwezigheid in het veld, was Jeroen ook actief buiten het veld. Zo liet hij als aanvoerder zijn stem in de kleedkamer regelmatig luid en duidelijk horen, hielp hij mee een Technisch Jeugdbeleidsplan op te stellen binnen de vereniging en werd hij als jeugdtrainer kampioen met de A’s van Ruinerwold. Ook nam hij taken op zich variërend van presentatiepakken regelen voor het elftal, tot het opzetten van het ‘Rad van Fortuin’ in de kantine.
Jeroen gaf zijn terugkomst op meteen gestalte door de 0-1 voor zijn rekening te nemen in de derby tegen het kleine buurjongetje Ruinen. Ruinerwold deed, in tegenstelling tot Ruinen, jaren mee om de titel, maar het was steeds net niet genoeg. Even leek Ruinerwold er dicht bij, in het seizoen 2008/2009. Uit bij ZBC werd op de 23e speeldag een cruciaal duel gespeeld. Al na vier minuten opende Jeroen de score met een prachtige lob over de keeper. Helaas bleek ook dit uiteindelijk niet genoeg voor een gooi naar het kampioenschap, maar dat zou later nog wel worden goed gemaakt…
Na drie jaar strijden om het kampioenschap werd uiteindelijk in het seizoen 2009/2010 gepromoveerd via de nacompetitie. Het team had inmiddels volwassen contouren gekregen en was na drie gezellige, maar sportief wisselvallige jaren onder trainer Rijke, dan ook toe aan de Derde Klasse. Onder leiding van Gerard De Lange werd de herintrede in de Derde Klasse spectaculair aangevangen en leverde het seizoen memorabele momenten op. Zo stond Jeroen aan de basis van de carrièreaanvang van Edwin Tabak alias Sjekkie. Jeroen moest er thuis tegen Zuidwolde geblesseerd af en zijn zelfopgeleide pupil Sjekkie was zijn vervanger. Sjekkie was hier schijnbaar dusdanig van onder de indruk dat hij over zijn eigen benen struikelde, gras hapte, maar desondanks zijn leermeester liet zien waarvoor hij was opgeleid. Ook was er het CEC-incident, waar de gemoederen zo hoog opliepen dat er een toeschouwer in een rolstoel het veld op kwam, welke vervolgens met een gele kaart op zak het veld weer kon verlaten. Tot op heden is het nog altijd onduidelijk of de beste man op scherp stond. Tevens fungeerde Jeroen in die jaren prima als coördinator van de groep spelers die op zondagavond naar Smitthy’s wilden, waarvoor zij hem nog altijd dankbaar zijn.
Mooie momenten dus, hoewel het competitieslot nog even spannend werd. Thuis tegen VENO was winst voldoende om veilig te spelen. Dit werd ook de captain duidelijk gemaakt. Na 90 minuten had Jeroen zich echter verzekerd van een strak ingeschoten penalty en een afstandschot met enig fortuin, waardoor Ruinerwold uiteindelijk op een mooie 7e plaats kon eindigen. Inmiddels kende iedereen in de regio Jeroen Bakker wel. De ene aanvoerder is dan ook de andere niet. Waar Rene Mones beschikte over de motoriek van een boomstronk, had Jeroen zichtbaar de benen van een prof. En waar de teamgenoten van Mones na de wedstrijd altijd hielpen diens tas in te pakken om er zeker van te zijn dat hij zo snel mogelijk richting huis ging, was Bakker een graag geziene gast in de kantine. En in ’t Wold. En Sjaak.
Ruinerwold bleef groeien als team en deed in het seizoen 2012/2013 zowaar mee om de bovenste plekken. Lange tijd leek het erop dat een sneu stel uit Dwingeloo met de titel aan de haal zou gaan.
De jonges van Dwingel lopen met een uitstraling waar Wes & Yolanthe ‘U’ tegen zeggen en doen zich voor alsof ze een Rich & Famous leven lijden. Mocht u Dwingeloo enigszins kennen dan weet u dat ze in werkelijkheid aan de Brink wonen. Met één kroeg. Die om half 1 dicht gaat. Des te meer reden voor De Kapitein en de bemanning om alles te laten kloppen die dag. En zo geschiedde. Na een snelle 0-2 werd het 2-2 en de wedstrijd leek op een voor Dwingel gunstig gelijkspel aan te gaan. In de 94e minuut mocht Jeroen nog één maal aanleggen voor een vrije trap. Paul Smid was inmiddels met zijn 2 meter 10 hoogte de zestien ingetrokken. De verdedigers keken angstvallig naar de ervaren Paul, die met zijn destijds 36 jaar gemakkelijk de vader had kunnen zijn van enkele jonge Dwingeloo spelers. Oh nee toch niet, want dan waren dat wel betere voetballers geweest. In ieder geval, de bal verliet strak en met effect de voet van Jeroen. Over één verdediger van Dwingeloo.. tussen nog een paar door.. tot het leder plotseling de vrijstaande Rik de Wit vond. Rik dacht niet na, wist wat hij moest doen en met een zwevende kopbeweging maakte hij de verlossende 2-3. Heel Ruinerwold ontplofte, Jan Piepot slikte bijna de telefoon in, Wilco sprintte op z’n Mourinho’s het veld in, Rudolf besprak de Code Rood met het personeel, Jeroen zelf sprong en stuiterde als een marionet alle kanten op en Dwingeloo, Koekange en Ruinen werden in één klap in diepe rouw gedompeld. Echter, de laatste wedstrijd tegen GOMOS moest wel ‘even’ gewonnen worden. Ruinerwold speelde het grootste deel van de kampioenswedstrijd onder hun kunnen en het werd erg spannend. Marcus Koetsier, Jeroens kameraad met wie hij nu eindelijk samenspeelde, wist de belangrijke gelijkmaker binnen te schieten, waarna er nog één goal nodig was voor het kampioenschap. Een paar minuten later bracht Jeroen zichzelf in stelling en maakte met een droge schuiver de belangrijke 3-2. De rest is geschiedenis, Ruinerwold is een stabiele tweedeklasser geworden en Dwingeloo mag volgend seizoen op bezoek bij het nog altijd kleine buurjongetje Ruinen.
Het seizoen 2012/2013 was waarschijnlijk het mooiste en beste seizoen van Jeroen bij Ruinerwold. De nieuwe trainer Wilco Niemer leek Jeroen uitstekend aan te voelen, waardoor hij veelvuldig belangrijk kon zijn. Het seizoen 2013/2014 waren de diensten van Jeroen dan ook weer hard nodig, om het eerste seizoen in de Tweede Klasse te overleven. De voorgaande aflevering in de Tweede Klasse liep slecht af met een degradatie en dat moest dit keer anders. Zware tegenstanders en mooie wedstrijden verder, moest er op de 25e speeldag thuis tegen HODO gewonnen worden. Dit lukte ternauwernood met 1-0, met wederom een doelpunt van Bakker. Ruinerwold verzekerde zich van handhaving en Jeroen, in de krant inmiddels aangeduid met ‘Good Old’, kon zodoende met een gerust hart daadwerkelijk afscheid nemen. De carrière van Jeroen heeft op deze manier een prachtig slot gekend. Hij kan met een goed gevoel terugkijken. In Dwingeloo verving men na het afscheid van de aanvoerder de sloten van het complex om er zo zeker van te zijn dat de aanvoerder nooit meer terug zou keren, maar daar hoeft Jeroen niet bang voor te zijn. Hij zal graag gezien blijven binnen de club en zal dan ook nog veelvuldig langs de lijn en in de kantine staan.
Toch rest ons nog de vraag of dit nu het juiste moment is om te stoppen. Jeroen is nog een jonge vent, slechts 32 jaar oud. Mensen vragen zich af; kan hij niet langer door? Vaak stoppen spelers, omdat ze het tijd vinden om te stoppen. Letterlijk ’tijd’, omdat ze zich door het getal van de leeftijd laten adviseren. Newton zag de tijd echter als een rivier die in dezelfde snelheid in alle richtingen stroomt. Plato stelde dat de tijd een bewegend beeld van de eeuwigheid is en Barbour liet de wereld zien dat tijd een illusie is. Mocht de mensheid tijd nooit hebben bedacht, hoe zou dan iemand kunnen bepalen wanneer het moment daar is om te stoppen? Waarschijnlijk door simpelweg aan te voelen dat het een mooi moment is om te stoppen. En gelijk heeft Jeroen.
CARRIEREVERLOOP !!
’87 begonnen bij jeugd rwold, 5,5 seizoen gevoetbald tm ’92-’93. Seizoen ’93/94 alcides tm ’96/97. Van 1992-1997 Jeugd Plan Nederland. Seizoen ’97/98 FC Emmen A1. Seizoen ’98/99 en ’99/00 FC Zwolle A1. Seizoen 2000/2001 tm ’04/05 Ruinerwold (5jr). Seizoen ’05/06 tm 06/07 Hoogeveen (2jr). Seizoen ’07/08 tm heden Ruinerwold.