‘Corona’ in Drenthe: weinig besmettingen, grote impact

Uit onderzoek van Trendbureau Drenthe blijkt dat de coronacrisis alle inwoners van de provincie Drenthe raakt. Een paneluitvraag onder ruim negenhonderd Drenten laat zien dat de groep die echt in de problemen komt door de coronacrisis in april 2020 relatief klein was, maar dat de meerderheid verwacht dat de veranderingen die zich nu voltrekken nog lang doorwerken. Ondanks het lage aantal besmettingen in de regio raakte in april al één op de veertien werkenden zijn baan of opdrachten geheel of deels kwijt.

Flink bezuinigen
Vooral zelfstandigen zijn financieel getroffen. Ten tijde van het onderzoek konden verreweg de meeste zelfstandigen hun vaste lasten, zorgkosten en dagelijkse boodschappen nog betalen, maar één op de vijf moest wel flink bezuinigen. Bij een ruime meerderheid van de Drenten had de coronacrisis ten tijde van het onderzoek weinig negatief effect op werk en inkomen; 66% deed nog (vrijwel) dezelfde werkzaamheden als in de voorgaande periode.

Vaker somber of eenzaam
Op sociaal gebied raakt de coronacrisis veel meer Drenten. Het sociale leven in de eigen buurt lag volgens driekwart (74%) in april vrijwel stil. Acht op de tien inwoners (79%) spraken in die maand minder mensen dan voorheen. Veel mensen maakten meer gebruik van digitale middelen om contacten te onderhouden. Dat nam niet weg dat één op de vijf (21%) zich vaker eenzaam en eveneens één op de vijf (19%) zich vaker somber voelde. Voor slechts een klein deel van de mensen (5%) leverde de coronacrisis nieuwe contacten op.

Zorg minder toegankelijk, thuisonderwijs niet motiverend
Ook op het gebied van gezondheid, zorg en onderwijs is in korte tijd veel veranderd voor een deel van de Drentse bevolking. Eén op de vijf respondenten zegt in deze periode niet de zorg te kunnen krijgen die nodig is. Overigens is het bij sommigen een eigen keuze om (tijdelijk) geen zorg te gebruiken. Eén op de drie mantelzorgers kon zijn mantelzorgtaken in april niet of niet volledig uitvoeren en bij ruim één op de vijf mantelzorgers waren de taken juist zwaarder dan voorheen. Vermoedelijk hangt dit samen met het al dan niet tot één huishouden behoren van mantelzorger en zorgvrager. Het onderwijs was in april totaal anders dan anders. Volgens wat minder dan de helft (45%) van de ouders was het voor hun kinderen moeilijk om gemotiveerd te blijven. Veel meer dan een derde (39%) gaf aan dat hun kinderen in april een onderwijsachterstand hebben opgelopen.

Toekomstverwachting: corona heeft ook positieve gevolgen
In het onderzoek is ook gevraagd naar toekomstverwachtingen: gaan de veranderingen die tijdens de coronacrisis zijn opgetreden snel voorbij of zijn ze blijvend? Op basis hiervan is een top tien gemaakt met veranderingen die volgens de deelnemers aan het onderzoek nog lang zullen doorwerken. In de top tien staan niet alleen problemen, maar ook veranderingen die veel mensen gunstig zullen vinden. Zo denkt een meerderheid dat ‘meer waardering voor de woon- en leefomstandigheden op het platteland’ een blijvend effect is. Verder is de verwachting dat blijvend meer met ouderen zal worden gesproken over welke medische behandelingen ze nog willen. Meer dan de helft van de mensen (57%) denkt dat de overheid een groter beroep zal blijven doen op de eigen verantwoordelijkheid en zelfredzaamheid van de inwoners. Ook wordt verwacht dat ‘meer mensen met een minimaal inkomen’ voor langere tijd blijvend zal zijn. Overige punten in de top tien gaan over gebruik van online toepassingen, gedrag ter voorkoming van besmetting en thuis werken.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.